Zijn vrouw belt me. Ze noemt haar naam, wacht niet op mijn vraag wat ik kan doen maar steekt direct van wal. Met een accent dat ik niet kan thuisbrengen, vertelt ze in een grote waterval van redelijk goed Nederlands dat haar man al meer dan tien jaar een medische praktijk in Nederland heeft waar hij werkt met vijftien parttime assistentes.
En nu zit er één rotte appel in de mand, iemand die stookt, die de sfeer verpest en oh ja, die ook nog eens niet met de systemen kan omgaan waardoor mevrouw zelf alles moet nakijken en corrigeren.
De waterval duurt in mijn beleving minstens een half uur, ik wacht op het moment dat ze toch een keer adem moet halen. Hoe komt ze aan mijn nummer? Ze blijkt een goede kennis te hebben die haar heeft aangeraden een goede mediator in te schakelen en die mijn naam had genoemd, vandaar.
Ik vat samen wat ik heb gehoord: ‘Uw man heeft een medische praktijk, waar u ook in werkt en nu is één van de assistentes de oorzaak van een slechte sfeer door haar gedrag.’ Ze denkt even na en zegt dan verbaasd dat dat klopt. Voor ze het hele verhaal opnieuw uit de doeken gaat doen, stel ik voor dat ik eerst maar eens kennis kom maken met haar en haar man om de situatie rustig te bespreken.
Zo gezegd, zo gedaan. Eenmaal in gesprek met beiden zie ik dat meneer verdwaald is temidden van al het vrouwelijke gekrakeel.... Uiteindelijk is er een oplossing gekomen. maar zo’n beta-man tussen al die vrouwen blijft een uitdaging.
Geschreven door Marja Davids